Gesloten economie
BBP (Y) = totale inkomen in een economie = totale bestedingen voor finale goederen en diensten die binnen de economie geproduceerd worden.
In een gesloten economie: nationale bestedingen --> 3 categorieën:
- consumptiebestedingen van de gezinnen (C)
- investeringen van de bedrijven (I)
- bestedingen van de overheid (G)
Het inkomen dat uiteindelijk ter beschikking staat van de gezinnen noemen we het beschikbare inkomen Yb. het andere deel van het inkomen gaat naar de overheid in de vorm van belastingen T
Het sparen is het deel van het beschikbare inkomen dat niet geconsumeerd wordt. We kunnen voorgaan uitdrukking dus herschrijven als:
- De beschikbaarheid van financiële middelen voor investeringen in ondernemingen hangt niet alleen af van het sparen van de gezinnen, maar ook van het saldo van de overheidsbegroting (T-G). Een begrotingstekort vermindert de financiële middelen beschikbaar voor private investeringen.
In een gesloten economie dient het sparen van de gezinnen dus om de investeringen van de bedrijven en het tekort op de overheidsbegroting te financieren.
Een overheidstekort doet de overheidschuld toenemen!
Op LT creëert de schuldsanering ruimte voor private investeringen.
Als de overheid voortdurend te kampen heeft met begrotingstekorten bestaat de kans dat de gezinnen op een bepaald ogenblik niet meer bereid zijn om nog meer leningen aan de overheid toe te staan. Dan moet de overheid overstappen op een moeizaam beleid van vermindering van de begrotingstekorten.