Welvaart
is de mate waarin de bewoners van een land in hun behoeften kunnen voorzien.
Welvaart zijn de geproduceerde goederen maar ook vrije tijd en natuurschoon. Productiegroei kan gepaard gaan met verontreiniging van het milieu. De welvaart gaat dus niet omhoog.
Welvaart ontstaat als steeds meer menselijke behoeften worden bevredigd. Groei van het nationaal product betekent dat er meer middelen zijn om die behoeften te bevredigen. Maar als de behoeften eveneens in aantal en omvang toenemen gaat de welvaart niet omhoog. De toegenomen productie brengt inkomen mee maar ook milieuvervuiling en uitputting van grondstoffen.
Er zijn goederen die geen prijs hebben, maar toch waardevol zijn. We spreken dan we van ongeprijsde schaarste, zoals stilte. Het effect op de stilte is niet in euro’s uit te drukken. De hiervoor genoemde effecten zorgen ervoor dat productiegroei en welvaartsgroei verschillende zaken zijn.
Maatregelen om de milieuschade te beperken, stuiten vaak op weerstanden.
- Eén probleem is de internationale concurrentiepositie. Als andere landen minder ingrijpende maatregelen nemen dan Nederland, krijgen Nederlandse bedrijven te maken met relatief hoge kosten. Hierdoor zullen ze hun productie wellicht naar het buitenland verplaatsen. Dat gaat ten koste van de werkgelegenheid.
- De samenleving is op bepaalde producten ingericht. (bijv. auto).
De vaak extreem hoge investeringskosten die met het bestrijden van externe effecten samenhangen is het derde probleem. De bevordering van het openbaar