Deugdethiek (Aristoteles +/- 350 v Chr.)
Met de deugdethiek gaan we van narrow ethics naar broad ethics
Narrow ethics heeft de volgende kenmerken:
- Gaat over handelingen
- Do’s and dont’s
- Minimale regels waar iedereen zich aan moet houden
- Grote nadruk op rede en rationele richtlijnen
Het utilitarisme en deontologie worden gezien als vormen van narrow ethics.
Broad ethics kan gekenschetst worden door de volgende kenmerken:
- Heeft als onderwerp het leven als geheel en niet alleen handelingen
- Probeert te formuleren wat goed is
- Nadruk op persoonlijke ontwikkeling
- Houdt rekening met rede en emotie
De deugdethiek is een vorm van broad ethics.