Menu

Joden en Arabieren: de ongebroken traditie

  • Thomas van Aquino was de volgende grote denker van de westerse filosofie (13e eeuw)
    à wat is er nu gebeurd tussen de dood van Plotinus (3e eeuw voor Christus) en Thomas?
  • Tussen de 6e en de 3e eeuw voor Christus (van Thales van Milete tot de stoïcijnen) was de ‘dialoog’ van de Griekse filosofen voortgegaan, bijna zonder onderbreking à wegens het gebrek aan belangstelling voor filosofie en metafysica bij de praktisch ingestelde Romeinen, waren er geen nieuwe scholen ontstaan en moeten we de oorsprong van de laatste school (neoplatonici) zoeken in een vluchtreactie tegen het verval van het Romeinse Rijk en tegelijk van de Oudheid
  • De geschiedenis spreekt van de invallen van de barbaren, van de donkere tijden en de ondergang van de cultuur
    à ze spreken hier van de Middeleeuwen (tussen de oudheid en de hergeboorte = renaissance), maar met deze term lijkt het alsof er economisch, sociaal of cultureel weinig niets gebeurd zou zijn in die periode

Deze verklaring legt daarbij niet uit:
- hoe de ideeën van de Griekse filosofen tot ons gekomen zijn via de denkers van de ME
- hoe de meeste ideeën van de renaissance al op het einde van de ME waren ontstaan en grotendeels uitgewerkt (humanisme, ketterijen, kritiek op de kerk, op het feodale gezag)
- hoe die donkere periode van cultureel verval op zovele gebieden blijvende monumenten geproduceerd heeft

  • Het antwoord ligt in het werk van 2 grote culturen die de traditie van de oudheid aan het christelijke Westen hebben overgemaakt: de joodse en de Arabische

De joden

  • De joodse traditie is zowel religieus als filosofisch
  • Religieus: het Jodendom heeft de grondslagen uitgewerkt waarop later het christendom en de christelijke westerse cultuur gebouwd zijn: het idee van de uitverkorene groep, het belang van de geboden en de goddelijke wet , de Openbaring, de komst van de Messias, de morele houding, het Rijk Gods, het ritueel à zonder een inzicht in de joodse fundamenten is het christendom onbegrijpelijk + en zonder een grondige kennis van het christendom en zijn evolutie kan men niet zinnig praten over de westerse filosofie
  • Filosofisch: de rol die de joodse denkers in het Midden-Oosten en Noord-Afrika in de hele diaspora (verspreiding) hebben gespeeld à de islam beschouwde de joden en de christenen als voorlopers van hun godsdienst en preekten daarom een politiek van respect en tolerantie voor de joodse en christelijke minderheden in hun midden
  • Ondanks sporadische vervolgingen en kleine vormen van alledaagse plagerijen gaan de meeste historici ermee akkoord dat de bloeitijd van de middeleeuwse joodse cultuur samenviel met eeuwen van tolerantie en bescherming door de grote en kleine heersers van de islam à had vaak bekering tot gevolg, maar leidde meestal tot eigen joodse bijdragen aan literatuur, wetenschap en filosofie
  • De joodse filosofen hebben samen met de Arabische denkers, de Griekse traditie bewaard + ze zijn zich vragen gaan stellen over de verhouding tussen hun godsdienstige overlevering en het rationele denken

De islam

  • Islam ontstond na de val van het Romeinse Rijk en verenigde in zich de traditie van het Jodendom en de eerste christelijke denkers à de islam was meer dan een godsdienstige beweging
  • In het Midden-Oosten, Afrika, Azië en Europa ontstond een rijk dat zowel militair, als economisch en cultureel tot de belangrijkste van de geschiedenis behoort à door hun openheid tov de andere tradities, ontstonden overal centra van hoogontwikkelde cultuur (vb. Toledo in Spanje), die een van de stromen gevoed hebben die de moderne westerse beschaving mogelijk hebben gemaakt: wiskunde, meetkunde, algebra, architectuur, literatuur, erotiek, stedenbouw en filosofie
  • Op al die terreinen is de bijdrage van de islam niet weg te denken à in de filosofie hebben Arabische denkers oa de volgende tradities voortgezet: het stoïcisme, het neoplatonisme, het aristotelisme, de verhouding theologie-filosofie, de mystiek
  • Twee belangrijke namen waren Avicenna en Averroës
  • Avicenna (10e en 11e eeuw) trachtte Aristoteles en het neoplatonisme te verbinden
    - hij was zowel natuurwetenschapper als filosoof
    - hij heeft geneeskundige standaardwerk voor Europa geschreven
    - zijn encyclopedie werd in orthodox-islamitische kringen verdacht van ketterij (het was té rationeel)
    - hij had grote invloed op Albertus de Grote en Thomas van Acquino
  • Averroës (12e eeuw) verwerkte de filosofie van Aristoteles en legde zoveel nadruk op het kritische denken dat hij ook als ketter werd veroordeeld en zijn boeken werden verbrand MAAR die waren ondertussen al aangekomen in de Pyreneeën, waardoor zijn filosofie voor het Westen bewaard bleef

-jodendom en islam hebben een onontbeerlijke rol gespeeld in het overbruggen van bijna 1000 jaar tussen Plotinus en de bloei van de middeleeuwse filosofie

Lees meer...

Hellenisme en Rome: stoïcijnen en neoplatonici

  • Griekse cultuur van de voorbije klassieke periodes: vrije stadstaten (polis) à ‘vrij’ staat voor hun autonomie en in steden zoals Athene staat het voor de democratie die door een kleine minderheid van de bevolking werd uitgeoefend à deze politieke situatie verandert door de veroveringen van Alexander de Grote die het Macedonische rijk over de hele wereld van de oudheid uitbreidt à had culturele gevolgen: de Griekse cultuur kwam in contact met de Babylonische wereld, met de Perzische leer van Zoroaster en zelfs met het boeddhisme in Indië
  • De Grieken konden deze barbaren (de niet grieks-sprekenden) niet langer als tegenstanders op het slagveld of als slaven beshouwen à ondanks hun gevoel van superioriteit konden ze niet beletten dat bepaalde ideeën, godsdiensten en stijlvormen binnendrong à resultaat: het Hellenisme = de verrijkte multiculturele Griekse beschaving in Europa, Azië en Afrika sedert Alexander de Grote à het Hellenisme gaat zelfs door na de verovering van Griekenland door de Romeinen à dus ongeveer 6-7 eeuwen in totaal
  • Het was ook de tijd dat het Christendom doorheen het Romeinse Rijk verspreid werd à na 313 werd het Christendom de officiële staatsgodsdienst (eerst aanvaard door slaven door ‘gelijkheid’ en ‘naastenliefde’)
  • Tijdens de hellenistische periode ontwikkelde zich 2 filosofische richtingen: het stoïcisme en het neoplatonisme

Het stoïcisme

  • Stoïcisme komt van ‘stoa poikilè’ = een zuilengang in Athene waar Zeno van Citium zijn studente verzamelde
  • Men ontdekt het stoïcisme voornamelijk via de geschriften van latere filosofen zoals Seneca uit Rome
  • Zeno van Citium (4e en 3e eeuw voor Christus) was vooral beïnvloed door Socrates en diens moedige houding tijdens zijn proces en terechtstelling à de waarheid en de deugd waren voor hem duidelijk belangrijker dan welstand, gezondheid of zelfs het leven
  • Zeno voelde zich ook verwant moet de cynici, een school van extreme Atheense denkers à cynici waren in feite helemaal niet cynisch in de moderne zin van het woord (spottend niet geloven in het goede) à ze zagen in dat de meeste mensen hypocrieten waren en eigenlijk aan hun profijt dachten, ze wilden bewijzen dat je ook zonder al die welstand en die kruiperij goed kon leven à ze leefden volgens hun beginselen: arm, eenvoudig, schaamteloos brutaal
  • Zeno en stoïcijnen gingen niet zover als de cynici maar hadden even weinig geduld met Plato’s ideeënleer of Aristoteles’ metafysica à je moet ook uitgaan van het gezonde verstand en op je ervaringen vertrouwen
  • Je moet ook aanvaarden dat alles een begin en een einde heeft à dit is geen reden tot pessimisme, wel tot een zekere bescheidenheid (want onze wereld is maar één uit een oneindige reeks van werelden die zullen volgen)
  • Stoïcijnen geven ook een centrale plaats aan de mens: alles bestaat voor de mens
  • God is een soort van welwillende wetgever die niet naast of boven de wereld staat, maar er een deel van is, iedere mens heeft een stuk van die goddelijkheid in zich (zoals in de visie van Socrates) à daarom is het leven goed als het in harmonie met die natuur kan leven 1 met de Godsomschrijving van Aristoteles
  • Al de rest (geld, bezittingen, status, gezondheid) is van minder belang en een deugdzame mens (iemand die in harmonie met de natuurwetten leeft), kan dus eigenlijk nooit in zijn echte waarde worden geraakt
  • Stoïcijnen beschouwen alle mensen als gelijken à het stoïcisme is dus de eerste radicaaldemocratische leer die ook door slaven kon worden aanvaard en beleefd
  • Volmaakte menselijke vrijheid bestaat erin zich niet door uiterlijkheden en bijkomstigheden te laten beïnvloeden (pijn, gevangenschap, folteringen, dood) à maar om deze deugd te bereiken moeten we uiteraard onze passies (hebzucht, afgunst, jaloersheid, vraatzucht,…) leren beheersen
  • Deze leer zal een grote invloed uitoefenen op de eerste christenen en zal opnieuw tot bloei komen in het humanisme van de 18e eeuw (ook vandaag voor menen die onafhankelijk en redelijk willen leven en zich niet door hun gevoelens willen laten meeslepen)

Het neoplatonisme

  • Het neoplatonisme van Plotinus (3e eeuw voor Christus) en zijn volgelingen
  • Plotinus was de laatste belangrijke filosoof in een periode waarin de Germaanse stammen (barbaren) al aan de veroveringen van het Romeinse Rijk begonnen waren à tijd van oorlog, wanorde, verwoestingen,… à daarom keerde Plotinus terug naar de schone en ideale wereld van Plato
  • Zoals de Christenen troost vonden in de voorstelling van de hemel, geloofde Plotinus in een opperste wezen à het Oergoede of het ‘Ene en het Al’ (dit Ene kan men met zijn verstand niet leren kennen maar door een vorm van uitstraling of uitvloeiing (emanatie) schept dit Ene de Wereldgeest, de wereld van ideeën, die de werkelijke wereld is)
  • De zintuiglijke wereld is , net als bij Plato, een bedrieglijke afschaduwing van deze ware ideeënwereld à uit die algemene of wereld-ziel ontstaan onze individuele zielen, die helaas met de materiële wereld van het lichaam verbonden zijn (we zitten via ons lichaam vast aan die materiële wereld van de stof en deze gevangenschap in de stof maakt het ons moeilijk om de waarheid en het goede te bereiken)
  • Laagste trap van emanatie is dan de zuivere stof, het Boze, de absolutie tegenstelling tot het Ene àmen moet dus opnieuw uit de zintuiglijke wereld opstijgen en het boze (de stof) zoveel mogelijk te beheersen à de ziel is in de stof gevallen en moet trachten er weer op uit te staan à dit gebeurt door de ‘extase’ (buiten-staan), die ons met het geestelijke in contact brengt
  • Verwantschap tussen dit neoplatonisme en het postevangelische christendom is opvallend: denk aan de prioriteit van de ziel over het lichaam, aan de praktijk van de versterving,…

Lees meer...

Aristoteles (4e eeuw voor Christus)

  • Hij was een privé-leraar die zijn prinselijke leraar (Alexander de Grote) in alle wetenschappen moest inwijden en dit dan ook systematisch moest doen
  • Hij was veel minder een agitator dan Socrates of een dichter dan Plato, eerder een nuchtere, ongelooflijk onderlegde pedagoog die daardoor de grondslag heeft gelegd voor de filosofie als wetenschap en tegelijk voor de meeste takken van de westerse wetenschap à ‘de opvoeder van Europa’
  • Hij begon met een studie van de logica (het juiste denken) à hij stond veel dichter bij de natuurwetenschappelijke experimentele methode van de prestocratici uit huidige Turkije dan Socrates en Plato
  • Syllogisme = een logische redenering bestaande uit twee premissen (majorterm of hoofdstelling en de ondergeschikte minorterm) waaruit een conclusie afgeleid wordt

    - alle mensen zijn sterfelijk
    alle koningen zijn mensen
    dus: alle koningen zijn sterfelijk
  • De logica was de aanzet voor de leer van de categorieën à categorie = de verschillende opzichten waarin men het kan hebben over iets bestaande (zoals tijd, ruimte, kwantiteit, kwaliteit en substantie)
  • Met deze categorieënleer stapt hij over naar de metafysica à hier gaat het over dat wat na de fysica komt, de vragen die na de studie van de natuur (fysica) kunnen worden gesteld à belangrijk is het onderscheid tussen de stof (materie) en de vorm (geest, denken, idee, kracht, potentie) waaruit de werkelijkheid bestaat = de basis voor het onderscheid tussen het materialisme en het idealisme
  • In plaats van de materie als minderwaardig te verwerpen (Plato), zoekt Aristoteles naar de wisselwerking tussen stof en vorm à hij voert een hiërarchie in: bovenaan staat God, al de rest is een mengvorm van stof en vorm (zelfs in de zuivere stof zit de potentie of mogelijkheid om iets te worden)
  • Aristoteles’ indeling van de filosofie:
    - theoretische vakken: metafysica, mathematica, fysica, psychologie
    - praktische vakken: ethica, politiek, economie
    - poëtische vakken: techniek, esthetica, poëtica
  • Na de studie van de natuurwetenschappen (waarin nog lang een reeks vergissingen zijn blijven bestaan), werkt hij zijn mensvisie uit à de mens is een gemeenschapsdier (politiek beest), door zijn lichaam (voeding, voortplanting) met de planten- en dierenwereld verbonden + door zijn verstand wordt hij pas echt menselijk
    à op dit niveau van inzicht via het verstand, vinden we ook de belangrijkste deugden en de bron van zin of geluk
  • Aristoteles werkt Plato’s gedachtegoed uit ‘dat handelsactiviteiten of economie in het algemeen in dienst horen te staan van het ethisch goede leven’ = een inbeddingsrelatie à hij werkt dit uit door aan te geven dat het goede leven bestaat in het op de juiste manier ontwikkelen van ieders natuurlijke talenten, hiervoor heeft men ook materiële goederen nodig
  • Het zijn nu juist deugden zoals rechtvaardigheid en matigheid (frugaliteit) die een juist gebruik van die goederen garanderen à deze deugden voorkomen echter dat men zich eindeloos wil verrijken
  • Aristoteles heeft et dus over economie als:
    - de wetenschap van het op een moreel en politiek verantwoorde wijze produceren en consumeren
    + over chrematistiek of de kunst van het zich mateloos verrijken (economie dreigt steeds opnieuw te worden chrematistiek, waarbij zich dan telkens een ethische verruiming opdringt) à verhaal van koning Midas (goud)
  • Hij werkt dus in zijn ethiek de leer van de gulden middenweg uit à wil men inderdaad uitzicht krijgen op een juist handelen, dan komt het eropaan de extremen te vermijden en in alles realistisch te zijn
  • Hij is dus ook op politiek-maatschappelijk vlak burgerlijk gematigd: geen ideale staat nastreven vb., maar met bestaande middelen zo goed mogelijk trachten te regeren à hij verkoos de monarchie boven de tirannie, de aristocratie boven de oligarchie, de democratie boven de heerschappij van het gepeupel à hij neemt dus geen stelling, behalve in zijn vrees voor het extremisme van rechts of links
  • Het realisme van Aristoteles mag niet worden overdreven, tenslotte was hij ook beperkt door de stand van de wetenschap van zijn tijd en kon hij zich nooit helemaal losmaken van de ideeënleer van Plato of het politieke en sociale milieu waarin hij leefde
  • Dit leidde dan weer tot het in vraag stellen van de religieuze macht van de Roomse kerk, omdat de nadruk meer gelegd werd op het rationele denken dan op het irrationele denken à maar dit realisme heeft ook een gevaarlijke kant omdat het op alle terreinen het ongewone, creatieve bemoeilijkt à soms zijn extreme vormen van denken en handelen nodig om een stagnatie te doorbreken
  • Met Aristoteles’ gezonde verstand alleen zou de westerse beschaving een eerder saaie boel geworden zijn TOCH heeft zijn denken tot in de 17e en 18e eeuw de Europese wetenschap beïnvloedt (bijna alle vernieuwingen op filosofisch, wetenschappelijk en artistiek vlak zijn het product van een soms lange strijd tegen de heerschappij van deze Griekse filosoof)

Lees meer...

De filosofie voor Socrates: op zoek naar de oerstof en het ordenende principe

  • Filosoferen wordt vaak gelijkgesteld met abstract denken à klopt niet voor het begin van het westerse denken in de 6e eeuw v. Chr in Klein-Azië (daar woonde een klasse van handelaars en politici die er alle belang bij hadden de resultaten van de wetenschap praktisch (= materieel) te kunnen toepassen op de scheepvaart, de productie, de handel en de politiek à ze moesten eerst de werkelijkheid leren kennen (kennisleer, logica)

Thales van Milete (6e en 7e eeuw voor Christus)

  • Interesseerde zich in wiskunde (berekenen van een afstand of een hoogte) + raadsels (oa. magnetische kracht)
  • Hij merkte op dat ijs, water en wolken dezelfde substantie zijn à hypothese dat alles uiteindelijk uit water bestaat
    à in het licht van de huidige wetenschap is dat helemaal niet zo gek als men bedenkt dat Thales de middelen niet had om zijn hypothese experimenteel te toetsen
  • De vraag naar de oerstof was dus gesteld à het begin van lange dialogen die ons van de ene filosoof naar de volgende zal leiden (soms idd een dialoog, maar meestal ging het om een reactie op een stelling van een vorig filosoof, die dan werd weerlegd of genuanceerd door een derde)

Anaximenes (6e eeuw voor Christus)

  • Hij verwierp de hypothese van het water als oerstof en beschouwde de lucht als een veel aannemelijkere oerstof: vuur is verfijnde lucht, water is vloeibaar geworden lucht, enz.
  • De vier elementen (water, lucht, vuur en aarde) staan al vanaf het begin centraal in de filosofische discussie
    à vandaag heeft het geen belang wie er het verst van de fysische waarheid zat, maar we moeten wel begrijpen hoe deze schijnbaar onschuldige hypothesen omtrent de oerstof onvoorziene gevolgen hebben gehad op het menselijke denken

Heraclitus (6e en 5e eeuw voor Christus)

  • Woonplaats: Ephesus in Klein-Azië, een van de grootste steden van de oudheid)
  • Hij zette het denken van Milete verder vanuit de observatie dat het vuur, dat alle substantie verandert, de sleutel leverde tot het geheim van het heelal à het was niet zo belangrijk meer om te weten wat nu de oerstof was, maar wel in te zien dat het ging om het principe van de voortdurende verandering van alles
  • Zeker in het licht van wat men verandering of vooruitgang noemt in onze samenleving, valt deze omslag op van het aandacht hebben voor de oerstof naar het beklemtonen van een ordenend principe: in plaats van het ‘zijn’ staat nu het ‘worden’ voorop
  • Het ordenend principe = logos (het woord), eeuwige verstand, dat zich doorheen alle tegenstellingen ontwikkelt à hij trachtte zijn nogal moeilijke inzichten in beeldspraak aan de man te brengen
  • Alles is voortdurend in verandering en zoals yin en yang zich tot elkaar verhouden, staat alles in verhouding tot iets anders (licht-donker, gezondheid-ziekte, liefde-haat) à het betreft telkens een conflict waaruit dan nieuwe dingen ontstaan “de oorlog is de vader van alle dingen”
  • Vooruitgang is pas mogelijk door dit conflict van tegengestelden à hier ligt het begin van het dialectische denken (dat later door Hegel wordt uitgerwerkt): Heraclitus geloofde in de wijsheid van de logos die voor een verborgen harmonie van alle tegenstellingen zorgde à de mensen moesten deze wijsheid leren inzien en er zich naar schikken (alleen dan kan de mens rust en blijmoedigheid bereiken)

-Voor het eerst zien we hier duidelijk hoe de filosofische aandacht voor inzicht leidt tot zingeving

Parmenides (6e en 5e eeuw voor Christus)

  • Woonplaats: Elea, Griekse Rijk in de Griekse kolonies van Zuid-Italië / Tijdgenoot van Heraclitus
  • Hij zocht eerder naar het blijvende, eeuwigdurende principe van alles, en dat voerde tot absolute ontkenning van elke verandering à verandering is volgens Parmenides schijn en bedrog à alleen inzicht in het eeuwig blijvende ‘zijnde’ is waarheid, de rest is slechts een ‘opinie’
  • Maatschappelijk en politiek gezien is er hier een tegenstelling tussen een conservatief 1 progressief

Zeno (5e eeuw voor Christus)

  • Wooplaats: Elea / Volgeling van Parmenides
  • Hij trachtte die schijnbare verandering door een aantal in de logica beroemd geworden argumenten te ontmaskeren, onder meer in het voorbeeld van Achilles en de schildpad: schildpad krijgt een kleine voorsprong op de hardloper Achilles à de afstand tussen de twee wordt steeds kleiner, maar kan nooit worden ingehaald dus moeten onze zintuigen ons bedriegen
  • “hoe kan deze logische argumentatie worden weerlegd zonder dat we ons op de niet altijd betrouwbare zintuiglijke waarneming beroepen?” à Zeno toonde aan hoe logisch denken tot conclusies kan komen die tegen de alledaagse observatie ingaan en slechts met moeite kunnen worden weerlegd

- De filosofen uit het huidige Turkije (Thales, Heraclitus) gingen van de natuurwetenschappen uit (inductief, empirisch, ervaring) 1 de presocratici filosofen uit Zuid-Italië (Parmenides, Zeno, Pythagoras) waren gefascineerd door de mathematica (deductief, rationalistisch, verwondering) en waren veel minder experimenteel georiënteerd

-Deze strijd tussen de 2 grote stromingen toonde aan dat de filosofie de mensen in totaal verschillende richtingen kon laten denken à tegenstelling tussen empirisme en het rationalisme à in de 2e helft van de 5e eeuw voor Christus gaf een en ander aanleiding tot een sceptische revolte tegen het gelijk van beide oudere filosofische scholen à deze revolte werd gedragen door sofisten (Protagoras) à een sofist was oorspronkelijk een leraar, een rondreizende professor die de jeugd een privéopleiding gaf

Protagoras (5e eeuw voor Christus)

  • Hij was een filosoof die voor zijn overtuigingen vervolgd werd en op de vlucht uit Athene is gestorven
  • Hij was niet overtuigd door de absolute tegenstelling van de twee grote Griekse scholen en vond dat men de concrete mens met zijn handelingen in het middelpunt van het denken moest zetten à er wordt hier een stap in de richting van het belang van het ethisch uitzicht gezet (dat pas vanaf Socrates zal doorbreken)

Een absolute, overal geldige waarheid is een illusie: niet alleen verschilt onze observatie van de werkelijkheid van mens tot mens, maar bij dezelfde van het ene ogenblik naar het andere à hoewel dit relativisme filosofisch aanvaardbaar is, kan het leiden tot een immoreel cynisme à daardoor hebben de sofisten een slechte naam gekregen: het zouden handige redenaars zijn die er alleen op uit waren een discussie te winnen en dus een techniek beheersten die nuttig was voor advocaten en politici

Lees meer...

Wat kan je met filosofie doen?

  • Op het eerste zicht lijkt filosoferen een gevaarlijke bezigheid omdat doordenken betekent dat je het bestaande overschrijdt: je vraagt je af waarom de dingen zo zijn zoals ze zijn ipv ze gewoon te aanvaarden à filosofen stellen de bestaande werkelijkheid kritisch en rationeel in vraag en komen zo bijna onvermijdelijk in botsing met de hoeders van de bestaande religieuze, politieke of sociale orde
  • Filosoferen op persoonlijk praktisch niveau lijkt nutteloos omdat het je soms verhindert onlogisch of onetisch te handelen, of bepaalde materiële waarden voorrang te geven boven algemeen-menselijke en persoonlijke waarden, die moeilijk kwantitatief gemeten kunnen worden
  • Filosofie is een onvermijdelijke, noodzakelijke bezigheid voor mensen die van nature nieuwsgierig zijn en willen weten hoe alles in elkaar zit à zonder filosofisch denken is de ontwikkeling van de menselijke vrijheid onmogelijk, omdat vrijheid zowel de vrije keuze inhoudt als de zo volledig mogelijke informatie à zowel voor het individu als de gemeenschap is de filosofie dus een van de belangrijkste middelen voor de ontplooiing van onze menselijke mogelijkheden

Lees meer...

Filosofie: descriptief of normatief

  • Descriptieve filo: beschrijft het bestaande 1 normatieve filo: tracht het juiste denken en handelen te bepalen
  • Descriptieve filosofie:
    1) het zijn (al wat is en bestaat)
    - ontologie (zijnsleer): oa het onderscheid tussen het zijn van een steen, een plant een dier of een mens +
    het onderscheid tussen zijn en worden
    - metafysica: de vraag naar de oorsprong van de zijn-den en naar een oerprincipe of God
    2) de mens
    - wijsgerige antropologie: wat is de mens?
    - cultuurfilosofie: de wisselwerking tussen mens, tijd en omgeving
    - sociale filosofie: de relatie tussen de mens en samenleving

Normatieve filosofie:
1) hoe kunnen we juist kennen?
- logica: de theorie van het juiste redeneren
- kennisleer: wat is de waarde van ons kennen?
2) hoe moeten we juist handelen?
- moraalfilosofie (ethiek)
3) hoe kunnen we de juiste zin van het leven vinden?

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen