Menu

De technologische omgeving

Technologie is sinds 2 eeuwen de belangrijkste motor van de economische vooruitgang.

Men spreekt van 5 technologische revoluties: zie figuur p 188!

De omvang en snelheid van de technologische veranderingen zijn enorm. Het is dus van belang dat de ondernemingen de technologische ontwikkelingen op de voet volgen en er zelfs aan meewerken. Daarom zijn de onderzoeksbudgetten en de researchinspanningen binnen de bedrijven hoog. De Belgische onderzoeksuitgaven buiten de bedrijven liggen anderzijds laag in vergelijking met het buitenland. Investeringen in onderzoek en ontwikkeling door de overheid zijn dus cruciaal voor de toekomst van een kenniseconomie als België. De top van Lissabon van 2000 stelde dan ook vast dat de Belgische overheid een inhaalbeweging dient te maken om geen structurele concurrentiële achterstand te bekomen.

De technologische evolutie ligt aan de basis van de industriële revolutie.

  • Eerste industriële revolutie: machine
  • Tweede industriële revolutie: petroleum (goedkopere brandstoffen maken een spectaculaire ontwikkeling mogelijk van autonijverheid, lucht- en ruimtevaart), wegennet (handel en verkeer), …
  • Derde industriële revolutie: micro-electronica, biotechnologie, nieuwe materialen,…

Om een nieuwe technologische toepassing door te voeren is een zeer grote omvang van financiële middelen nodig. Dit is echter niet altijd een waarborg voor het bereiken van resultaten.

Lezen in boek p 188 – 191!

Lees meer...

De economische omgeving

Vraag naar goederen en diensten = interactie tussen verschillende factoren nl.:

û Reëel besteedbaar inkomen is afhankelijk van nominale loonstijging en inflatie.

Dit bepaald de koopkracht van de consument.

  • Inkomensstijging:
  • Luxegoederen worden eerder gekocht dan inferieure goederen.
    • Inkomensdaling:
    • bezuinigingsstrategieën door de consument.
      • Goedkoper merk
      • Afwachten van aanbiedingen
      • Tweedehands producten

  • Renteverloop
    • Lage rente:
    • Bevordert de kredietopname en zet vooral aan tot grote aankopen.

  • Beursontwikkeling
    • Vraag naar Belgische goederen wordt bepaald door de sterkte van de munt ten opzichte van de andere valuta’s.

  • Consumenten- en bedrijfsverwachtingen
    • Bedrijfsverwachtingen
    • Bij pessimistische economische vooruitzichten zijn bedrijven minder geneigd te investeren.

  • Consumentenvertrouwen
  • Zijn de vorige factoren positief dan zit het met het consumentenvertrouwen ook goed. Bij een laag consumentenvertrouwen kan de economie moeilijk aangezwengeld worden door de binnenlandse vraag.

Lees meer...

De demografische omgeving

Demografie bestudeert de karakteristieken van de bevolking.

De doelmarkt van een onderneming kan belangrijke wijzigingen ondergaan wegens demografische ontwikkelingen.

Doordat de demografische evolutie vrij continu verloopt kan de marketer redelijk betrouwbare voorspellingen doen en dus tijdig op de wijzigingen inspelen.

Hoewel men kan stellen dat de correlatie tussen leeftijd en gebruik van bepaalde goederen steeds kleiner wordt, blijft de leeftijdsstructuur van de bevolking belangrijk omdat iedere leeftijd consumptiegebonden kenmerken heeft.

In West-Europa en in het bijzonder België:

Demografische nulgroei: babywegwerpluiers en shampoo kennen een stabiele vraag, zodat men op een nulgroei mag rekenen bij gelijke gebruiksgewoonten.

  • Na WOII tot ’64: baby-boom
  • Sindsdien continue daling geboortecijfer door:
  • Efficiënte anticonceptiva
  • Langere onderwijsparticipatie van man en vrouw
  • Stijgend buitenhuis tewerkstelling van de vrouw

Steeds kleinere gezinnen: 2,3 personen.

  • Slechte economische vooruitzichten weerhouden mensen ervan veel kinderen te hebben.

Gemiddelde koopkracht per kind groter doordat men steeds op latere leeftijd kinderen krijgt en de gezinnen alsmaar kleiner worden.

Vergrijzing

  • Specifieke aanpak voor deze seniorenmarkt:
  • meer service
  • etikettering met grote letters
  • klein meubilair voor verblijf in bejaardentehuis of serviceflat, …

Deelname vrouw aan socio-economisch leven

  • Stijging beschikbaar inkomen maar ook tijdsgebrek voor de huishoudelijke taken.
  • De hedendaagse gezinnen zijn dan ook voortdurend uit op tijdswinst, producten die weinig werk met zich meebrengen,…

Stijging aantal gezinnen:

  • alleenstaanden (30%)
  • Éénpersoonswoningen, hotelkamer voor 1 persoon, eenpersoonverpakking,…
    • Meer gewilde kinderloze echtparen
    • Minder aantal kinderen per gezin
    • Meer echtscheidingen

Nieuwe gezinsvormen

  • Samenwonen: voorbereiding op of alternatief voor het huwelijk.
  • Samenwonen na eerste huwelijk.
  • LAT-relatie na een echtscheiding
  • Lesbische of homoseksuele relaties en ouderschap.

Stijging van consumenten met een vreemde culturele achtergrond

Lees meer...

Het milieu

Sinds jaren ’50: zowel overheden, ondernemingen als consumenten worden geconfronteerd met de gedachte dat het milieu eindig is en dat onze onmiddellijke maar vooral LT-toekomst afhankelijk is van ons vermogen om om te gaan met de mogelijkheden en beperktheden van de milieugoederen.

Wereldwijd werden de milieuproblemen verspreid door publicaties, internationale congressen en conferenties.

1972: ‘De Club van Rome’ (publicatie) handelend over:

  • Ongecontroleerde bevolkingsgroei
  • Onbeheerste industriële expansie
  • Vernietiging van de natuur

Duurzame ontwikkeling = de ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.

1992: ‘Rio Conferentie’ van de VN handelend over:

  • Agenda 21:

Er werd beslist een concreet actieprogramma voor duurzame ontwikkeling uit te werken.

  • De verdeling van de welvaart van de wereld.

 Naar aanleiding van deze top onderkennen steeds meer regeringen en bedrijven

  • Te streven om de doeltreffendheid van het gebruik van hulpbronnen te vergroten.
  • Hergebruik en recycling van reststoffen.
  • Hoeveelheid afval per geproduceerde eenheid beperken.

2002: ‘Wereldtop van Johannesburg’

  • Bedoeling was om tot verbintenissen te komen tussen industrielanden voor duurzame ontwikkeling in alle landen van de wereld.
  • De resultaten waren echter minder groot:
    • Europa heeft zich geëngageerd voor de uitwerking van drastische veranderingen in productie-en verbruikswijzen door oa. de CO²-uitstoot te reduceren. (= Kyoto-protocol)

 Europese staalindustrie heeft de verplichting zwaar te investeren

in milieutechnologie om de CO²-uitstoot te reduceren ofwel hoge emissierechten te betalen. Deel van de staalproductie zou het daardoor moeilijk kunnen krijgen om in Europa te blijven.

Ook dankzij de toenemende media-aandacht voor het klimaat dringt bij steeds meer consumenten door dat ze via hun levensstijl medeverantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van de leefomgeving.

  • Consumenten worden dagelijks herinnerd aan de noodzaak om meer verantwoord om te springen met de schaarse middelen die er zijn.

De vraag voor de individuele marketer is hoeveel consumenten vatbaar zijn om meer duurzame producten aan te schaffen.

Steeds meer consumenten slaan de milieu-inspanningen van bedrijven gade.

Ze hebben meer argwaan voor producten die ten onrechte gebruikmaken van het argument duurzaamheid.

Steeds meer consumenten gaan uit eigenbelang op zoek naar meer duurzame producten en diensten. Het besef groeit dat onduurzame consumptie de eigen gezondheid aantast. Onduurzame consumptie bedreigt dus de eigen veiligheid, op een na de basisbehoefte uit de piramide van Maslov.

De marketer zal hierop moeten inspelen en duurzame waarde toevoegen, wetende dat consumenten bijna altijd uit eigenbelang zullen handelen.

Consumenten willen dus veranderen, maar ze willen hierbij ook hulp.

Ze verwachten expliciet dat ze door de overheid gesteund worden om zich milieuvriendelijker te gedragen, maar ze blijven in hun consumptie- en aankoopgedrag ook de gemaksfactor, de kwaliteit en de prijs belangrijk vinden.

Concreet verwachten ze dat in het assortiment van de ondernemingen milieuvriendelijke producten opgenomen zijn.

Lees meer...

Het grote publiek

Ten slotte is de onderneming geïnteresseerd in de houding van het grote publiek ten opzichte van haar activiteiten. Ze doen inspanningen om het imago te verbeteren en om in een positief daglicht te staan. Media speelt hierin een belangrijke rol. Niet alleen commerciële maar ook andere instellingen doen marketinginspanningen om de publieke opinie aan hun kant te hebben.

Het grote publiek reageert niet op een georganiseerde wijze zoals de belangengroepen, maar heeft wel een idee over de onderneming.

Dit idee kan bepalend zijn voor de bijdragen van aankoop door de consument of de aankoop juist in de weg staan.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen