Normaal - Abnormaal
- Gepubliceerd in Psychologie
- Lees 1797 keer
Onderscheid
Rosenhan & Seligman (1989): 7 factoren die bepalen of gedrag als abnormaal wordt beschouwd
- hoe meer van die factoren aanwezig + hoe duidelijker op de voorgrond, hoe eensgezinder mensen in hun beoordeling
- ten minste één van die aspecten als men van abnormaliteit zou spreken
1) Persoonlijk lijden
- Gn voldoende voorwaarde, want psychische stoornis gaat nt altijd met lijden gepaard
2) De (dis)functionaliteit van het gedrag
- mate waarin het gedrag het dagelijks functioneren en welbevinden vh individu beïnvloedt
- disfunctionele gedragingen = ze belemmeren het individuele functioneren
3)Irrationeel en onbegrijpelijk gedrag
- andere mensen kunnen er geen logica of zin in ontdekken => abnormaal
4) Onvoorspelbaarheid en controleverlies
- mensen hebben de behoefte om hun leven te beheersen/ controleren, dit kan enkel dr een voorspelbare omgeving
- in onvoorspelbare omgeving: kwetsbaar en bedreigd
=> beoordeling als abnormaal is hier afh vd situatie
- 2 typen situaties waarin gedrag dikwijls als controleverlies zal worden geïnterpreteerd:
*situatie waarin de regels die gewoonlijk het gedrag sturen, nt meer werkzaam zijn
*situaties waarin de toeschouwer de oorzaak of de aanleiding vh gedrag dat hij
waarneemt nt kent
- gn reden om psychische stoornis te veronderstellen
5) Opvallend en onconventioneel gedrag
- vaak gebruiken mensen hun eigen gedrag als maatstaf bij het beoordelen vh gedrag vananderen -> als het gedrag van anderen afwijkt van hun gedrag -> abnormaal
=> het gedrag hoeft niet pathologisch te zijn
6) Gedrag dat een ongemakkelijk gevoel bij andere teweegbrengt
- wnr iemand gedrag vertoont waarmee de ongeschreven regels in een bepaalde cultuur worden overschreden, dan kan dat bij de ander een gevoel van ongemak geven
=> gedrag als abnormaal beschouwen impliciete sociale verwachtingen
7) Het overtreden van morele normen
- obv opvattingen over hoe mensen zich zouden moeten gedragen iemand als normaal/ abnormaal bestempelen
Definitie abnormaal
Abnormaal =
- abnormaal gedrag veroorzaakt significant lijden bij de betrokkene of bij de mensen uit de omgeving
- het tast het functioneren (beroepsmatig en sociaal) vd betrokkene in belangrijke mate aan
- er is sprake van een significant toegenomen risico om dood te gaan, pijn te lijden of de persoonlijke vrijheid te verliezen (ontoerekeningsvatbaar)
Opgelet: 3 uitsluitende omstandigheden (om te voorkomen dat de definitie een instrument zou worden van sociale repressie)
Men spreekt niet van een mentale stoornis als …
* een te verwachten en cultureel aanvaarde reactie op een bepaalde gebeurtenis
(bv. rouwproces)
* langdurig deviant gedrag van politieke, religieuze of seksuele minderheden
(bv. lid van greenpeace, homoseksualtiteit)
* uitvloeisel van conflicten tss individu en m’ij
(bv. excentrieke kunstenaars die hun emoties in kunst uitdrukken)
Modellen: normaal vs abnormaal
≠ modellen die uitspraken mogelijk maken over het onderscheid tss normaal en abnormaal gedrag
1) STATISTISCH MODEL
- Uitganspunt: menselijke eigenschappen zijn min of meer normaal verdeeld
- Abnormaal = extreem hoge of lage scores op de schaal
-> heeft slechts een statistische betekenis (gemiddelde, SD, …)
=> Het statistisch model is een dimensionele benadering van psychopathologie, dit houdt in dat de
stoornis op een continuüm moet bekeken worden
Problemen:
- Grens?
- Nt alles is normaal verdeeld (bv. genderstoornis)
- geen onderscheid volgens wel – geen lijden
=> Het statistisch model is een goed model zolang de eigenschap normaal verdeeld is!
Bv. intelligentie, angst
2) MEDISCH MODEL
Uitgangspunt: oorzaken van psychische stoornissen moeten gezocht worden in de onderliggende mechanismen
Volgens de aanhangers van het ziektemodel zijn psychische stoornissen te vergelijken met somatische stoornissen en dus best te verhelpen dr de onderliggende mechanismen te bestrijden.
De grens tussen normaal en abnormaal kan dus duidelijk getrokken worden, want er is een aantoonbare lichamelijke aandoening.
Uitgangspunt: - therapeut is de deskundige
- patiënt wordt op één of meerder aspecten van zijn functioneren als ziek beschouwd
- therapeut spoort de oorzaak op en stelt een diagnose, de patiënt is daarbij enkel
nodig om info te geven over zijn klachten
- therapeut stelt een therapieplan op dat idealiter tot genezing leidt
Kritiek:
- patiënt is passief: kan niets doen aan de stoornis
- bij veel psychische stoornissen is er nog geen eenduidig onderliggend mechanisme aangetoond
- de termen ‘ziekte’ en ‘therapie’ werken stigmatisering in de hand -> self-fulfilling prophecy
MAAR: het model biedt wel aanknopingspunten voor het antwoord op de vraag waar de grens ligt,
maar alleen zover er een duidelijke somatische oorzaak aan de basis vd psychische stoornis ligt.
3) LEERMODEL
Het leermodel geldt voor stoornissen zonder duidelijke organische stoornis.
=> Verklaring: stoornissen zijn ontstaan door verkeerd gelopen leerprocessen
Persoonlijk bepaling uitvoering vermindering probleem leerdoel programma probleem vh kind in overleg vh kind kind past toe
In dit schema :
- zijn er ook 2 partijen, nl. therapeut en cliënt.
- De uitgangssituatie wordt hier nt beschreven als ziekte of abnormaliteit, maar als persoonlijk
probleem.
- Er wordt ook nt gesproken van een diagnose, maar van een leerdoel.
- de uitkomsten van dit onderzoek worden nt geformuleerd in termen van stoornissen, maar wel in
termen van vaardigheidstekorten.
Voordelen:
- de kans op stigmatisering is kleiner
- cliënt is met zijn problemen nt meer passief
- het criterium dat wordt gebruikt ter afgrenzing van ziekte of gezondheid is de eigen
verantwoordelijkheid of aanspreekbaarheid
Nadelen:
het is enkel bruikbaar wanneer er een eigen verantwoordelijkheid is, wnr dit nt het geval is, geeft
men de voorkeur aan het medisch model.
Opm: het leermodel is een reactie tegen het medisch model.