ECT
- Gepubliceerd in Gezondheid
shocktherapie die aan de rightside geadministreerd wordt.
shocktherapie die aan de rightside geadministreerd wordt.
mensen leren een andere slaappattern aan
Normaal – left veel activiteit (bij schade raakt iemand soms depressief)
Depressie – right veel activiteit, left minder activiteit (bij schade wordt men soms manisch)
Het borna virus lijkt een invloed te hebben. De symptomen lijken op een bipolar disorder en treden
op bij paarden. Het veroorzaakt het niet, maar kan wel een predisposing cause vormen.
is een vorm van depressie die optreed na de geboorte van een kind.
kent een genetische basis. Hoe sterker de depressie van een familielid, hoe groter de kans dat jij het ook krijgt. Welk gen verantwoordelijk is, is onbekend. Het komt iig niet door hormonen.
Een major depression duurt lang en leidt tot hulpeloze gevoelens. Komt meer voor in vrouwen dan in
mannen en kan altijd optreden (meestal rond 20).
Over het algemeen bepaalt men risk factors door jongens van alcholisten te volgen in hun leven:
Ze tonen minder intoxication door alcohol (grote risk factor)
Ze tonen meer relief van tension na het drinken van alcohol
Nadat iemand alcohol drinkt, wordt het omgezet in acetaldahyde – een giftige stof. Een enzym zet het om naar acetic acid dat door het lichaam als brandstof gebruikt kan worden. Sommige mensen hebben een gen waardoor het enzym dat dit moet doen niet zo snel werkt. Deze mensen worden ziek van alcohol. Antabuse (disulfiram) bootst dit effect na en werkt inhibeert het benodigde enzym.
Volgens DSM-4 is substance abuse het maladaptive misbruiken van stoffen die tot geestelijke
problemen leiden. Alcohol is de meest voorkomende.
Alcoholic-types:
Type 1 – niet genetisch, ontwikkelt zich, gelijk bij mannen en vrouwen
Type 2 – genetische component, vroege onset, voornamelijk mannen, ernstig, correlatie met criminal.
Mogelijke oorzaken Type 2
Low serotonin-turnover : niet genoeg inhibitie van impulsieve neigingen (=genetisch)
Ouders aan de drank kan vroege verslaving veroorzaken
Bepaalde dopamine (D2 en D4) zijn gevoeliger bij Type 2
Mensen met dyslexia hebben problemen met lezen en soms ook met het waarnemen van bewegende
voorwerpen. Verklaringen:
Unresponsive magnocellular paths in het visuele systeem
Een andere organisatie van de linker en rechter hersenhelft.
Een probleem met attentie waarbij letters dicht bij elkaar interfereren.