Crimineel gedrag in pre-industriële maatschappijen
- Gepubliceerd in Sociologie
- Lees 900 keer
- Zwaarste straffen of misdrijven = van religieuze aard, misdrijven tegen de eigendom van de heersers of van de aristocratie (~feodale structuur)
→ Ketterij, sacrilège, blasfemie = doostraf
→ Jagen, vissen en fruit plukken op de gronden van de koning of van aristocraten =zwaar bestraft
voorbeelden:
- 16E: mensen die worsten hadden gegeten voor ze naar de mis gingen en werden door de rechtbank gestraft
→ Wanneer men naar de mis gaat, moet men nuchter zijn = de burgerlijke wet werd daaraan aangepast
- 16E: kind van 6 dat priestertje speelde met zijn hond: vader is ernstig gestraft
- Spotten met de heilige maagd = veroordeeld tot verbanning
- Stropen op landen van adel = gestraft
- Doden van een gewone man: niet zo zwaar aan getild
→ boete betalen of familie neemt zelf wraak
nu: deze overtredingen worden niet eens meer als crimineel beschouwd (met uitzondering het stelen van kerkeigendom)
- Afwijkend gedrag crimineel gedrag = subcategorie van afwijkend gedrag
→ Afwijkend: eender wel gedrag dat afwijkt van de norm
= Men kan afwijken zonder een wet te overtreden
→ Crimineel gedrag: afwijken van de wettelijk norm
=> Crimineel gedrag: verschilt sterk van samenleving tot samenleving