Sociaal kapitaal
= het geheel van bestaande of potentiële hulpbronnen dat voortvloeit uit het bezit van een meer of minder geïnstitutionaliseerd duurzaam netwerk van relaties onderlinge bekendheid en erkentelijkheid –ofwel uit het lidmaatschap van een groep- dat elk van zijn leden de ruggesteun geeft van het collectieve kapitaalbezit, een ‘geloofsbrief’ die hem in de ruime zins des woords kredietwaardig maakt.
- Zelfopgebouwde of reeds bestaande netwerken (zelfopgebouwde zijn meestal verankerd in reeds bestaande)
- Volume van het sociaal kapitaal is afhankelijk van de grootte van de netwerken en hoeveelheid kapitaal van de kennissen die tot het netwerk behoren.
- Sociaal kapitaal is tot op zekere hoogte autonoom (niet herleidbaar tot eender welke andere vorm van kapitaal)
MAAR kan niet los worden gezien van de andere vormen van kapitaal
Wederzijdse herkenning en erkenning berust op de “objectieve” homogeniteit: tussen de leden is een ruil, en ze zullen er dan ook naar streven om leden in hun netwerk op te nemen met een zo groot mogelijk kapitaal; dit geldt in twee richtingen.
Afbakening van netwerken: bij het aanknopen van nieuwe relaties houdt men niet enkel rekening met persoonlijke voorkeuren. Men zal ook anticiperen op de waarde die de nieuwe relatie in de ogen van de andere leden van het netwerk zal hebben. Elk groepslid is bewaker van de grenzen van de eigen groep: de groep wordt in zijn waarde bedreigd wanneer er op een onoordeelkundige manier leden worden toegelaten tot het netwerk.
Logica van de laisser-faire: via alle instituties die legitieme transacties bevorderen en illegitieme uitsluiten doordat zij gelegenheden scheppen of lokaties waarop schijnbaar toevallige wijze individuen worden samengebracht die uitermate homogeen zijn in alle opzichten die van belang zijn voor het (voort-) bestaan van de groep.
bv. Families regelen “stiekem” gunstige huwelijken.
Vermenigvuldigingseffect
Het kapitaal waarover men privé beschikt, zal meer renderen naarmate het ook meer door anderen wordt erkend. Sociaal kapitaal is niet waardevast en moet worden onderhouden: wie sociaal kapitaal wil opbouwen en onderhouden moet “rendabele” relaties aanknopen. Het is een activiteit die nooit ophoudt en vereist specifieke competentie.
Men kan hier ook spreken van “geobjectiveerd” sociaal kapitaal (het netwerk waarvan men deel uitmaakt) en “belichaamd” sociaal kapitaal (de kunst om het te onderhouden en rendabel te maken).
Het onderhouden van sociale netwerken vertoont kenmerken van een “Matteus-effect”: hoe groter het sociaal kapitaal dat iemand bezit, hoe winstgevender het wordt.
bv. Door erfenis hoge kapitaalwaarde: anderen meestal bereid zijn tot opname in hun relatienetwerk.
Soms wordt het collectieve sociaal kapitaal gedelegeerd aan een gemachtigd actor, de vertegenwoordiger van de groep. Dit leidt soms tot “verduistering” of “diefstal” van het collectief sociaal kapitaal; de leider handelt en spreekt alsof hij de mensgeworden groep is.