De valkuil
- Gepubliceerd in Sociologie
- Reageer als eerste!
Een kwaliteit heeft echter ook zijn beperkingen. Zoals er geen licht kan zijn zonder donker, zo heeft ook iedere kernkwaliteit een zon- en een schaduwkant. Deze schaduwkant wordt valkuil of vervorming genoemd. De valkuil is niet het tegenovergestelde van de kernkwaliteit maar is datgene wat een kwaliteit wordt als ze te ver doorschiet. Kernkwaliteiten kunnen zo dominant zijn dat het mogelijk is dat ze doorslaan en daardoor juist een valkuil worden. De valkuil is teveel van het goede. Als we dus een kwaliteit te eenzijdig inzetten, lopen we het risico dat we vast komen te zitten. Dan wordt onze kracht net onze zwakte. De valkuil is datgene wat je soms als etiket opgeplakt krijgt dat niet leuk is.
Ofman (2006) stelt dat de valkuil gewoon bij de kwaliteit hoort, of we dit nu leuk vinden of niet, ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het onder ogen zien van onze schaduwkant kan pijnlijk zijn, vooral als blijkt dat we niet zo perfect zijn zoals ons ‘geïdealiseerde zelfbeeld’ ons wil doen geloven. Het leren omgaan met kernkwaliteiten en valkuilen maakt dat we ons meer bewust worden van onze innerlijke positieve potentie.
Een valkuil kom je op het spoor door stil te staan bij volgende vragen:
- Wat verwijten anderen jou?
- Wat zie jij bij collega’s door de vingers?
- Wat ben je geneigd bij jezelf goed te praten?
Ofman noteerde een hele lijst met voorbeelden van valkuilen (zie bijlage). Deze lijst is niet exhaustief, maar kan je wel inspireren. Ook hier merk je dat Ofman valkuilen uitdrukt aan de hand van zelfstandige naamwoorden. Ook hier geldt dat je niet je valkuil bent: je bent niet onzeker, je komt tegen dat je onzeker bent.
Door te vertrekken vanuit je valkuil, kan je je kwaliteiten op het spoor komen. Dit lijkt misschien niet zo gemakkelijk omdat we van onze valkuilen dikwijls last hebben en er alleen maar de nadelen van zien. Anderzijds vinden we het soms makkelijker om een aantal negatieve punten van onszelf op te noemen, dan een paar positieve punten te
VOORBEELD
Kato is erg behulpzaam. Ze is leerkracht in het lager onderwijs en staat altijd klaar om de leerlingen te helpen. Kato heeft behulpzaamheid als kernkwaliteit. Echter soms is Kato zodanig behulpzaam dat ze de leerlingen gaat betuttelen. Andere leerlingen vinden dan weer dat ze haar teveel moeit met hun zaken. Bemoeizucht of betutteling zijn dus valkuilen van behulpzaamheid. Teveel behulpzaamheid kan doorschieten in bemoeizucht of in betutting doordat Kato te weinig heeft leren loslaten. Kato krijgt dan ook af en toe als verwijt naar haar hoofd geslingerd dat ze betuttelend handelt. benoemen. Het zoeken naar de kwaliteit achter de valkuil is dus een interessante uitdaging.
VOORBEELD
Koenraad komt soms arrogant over. Zijn collega’s op zijn stageplaats hebben hem dit al meermaals gezegd. Koen heeft ‘arrogantie’ als valkuil. Echter achter deze valkuil gaat een kwaliteit verborgen: Koen kan zich heel goed profileren en je voelt dat hij steeds aanwezig is in overlegmomenten.
Opgelet: soms worden valkuilen en kwaliteiten met elkaar verward. Voorbeeld:
- Perfectionisme is een valkuil. Nauwgezetheid is een achterliggende kwaliteit.
- Drammerigheid is een valkuil. Nieuwsgierigheid is een achterliggende kwaliteit.
Valkuilen en people management
Deze manier van denken leert ons ook meer kijken naar het positieve en focust niet alleen op hetgeen wat niet zo goed loopt. Dit is belangrijk om te onthouden als we medewerkers begeleiden. Het is fundamenteel dat we opmerken wat niet goed loopt en dit bijsturen. Maar het is even essentieel dat we voortdurend op de loer liggen voor hetgeen dat goed loopt, dit opmerken en bekrachtigen.
Op deze manier is het model van Ofman naast het verhogen van zelfkennis ook zeer bruikbaar om feedback te geven aan collega’s. Door het kernkwadrant van Ofman te gebruiken kun je collega’s met hun vervormingen confronteren vanuit een positieve houding ten aanzien van de persoon. Je gaat immers ook op zoek naar de kwaliteit achter de valkuil.
Hierbij is het belangrijk dat de confrontatie zich richt op gedrag en niet op de persoon. (zie feedbackregels). Dit leunt ook aan bij het feit dat Ofman kernkwaliteiten en valkuilen formuleert als zelfstandig naamwoord en niet als bijvoeglijk naamwoord. Ofman zegt dat we niet samenvallen met onze kwaliteiten en valkuilen, maar we hebben ze.
VOORBEELD
Koenraad is als persoon niet arrogant. Hij kan wel gedrag vertonen dat op bepaalde momenten arrogant bij anderen overkomt door nogal veel bevelen te geven, niet naar de anderen te luisteren, zijn mening door te drukken, te onderbreken…. Koenraad is niet arrogant, maar heeft ‘arrogantie’ als valkuil.
Door persoon en gedrag los te zien van elkaar is het ook gemakkelijker om de kernkwaliteit achter iemand zijn negatieve gedrag te zien. Het creëert ook de nodige afstand om met objectiviteit naar de ander te kunnen kijken.
VOORBEELD
Als de collega’s van Koenraad hem benoemen als arrogant, dan wekt dit heel wat irritatie en ongenoegen bij hen op. Als de collega’s van Koen gewoon beschrijven wat hij doet, dan voelen ze minder irritatie. Hoe minder ze geïrriteerd zijn ten aanzien van Koenraad, hoe groter ze bereid zijn om te gaan zoeken naar welke kwaliteit achter de valkuil steekt.
Door zowel de kwaliteit als de valkuil te benoemen, schep je een klimaat van vertrouwen. De ontvanger voelt aan dat je ook bereid bent te kijken naar al hetgeen hij wel goed doet. De ontvanger voelt zich niet volledig afgebroken. Omgaan met negatieve feedback is in zo’n klimaat ook gemakkelijker.
VOORBEELD
De directrice zegt tegen leerkracht Kato: “Kato, ik merk op dat je je ongelooflijk inzet voor onze leerlingen en hen heel veel zorg geeft. Ik vind je behulpzaamheid een heel mooie kwaliteit. De leerlingen appreciëren dit ook. Daarnaast denk ik dat het belangrijk is om voldoende de zelfredzaamheid van onze leerlingen te blijven stimuleren. Gisteren heb ik gezien dat je de jassen van de kinderen uit het derde leerjaar dicht deed, terwijl ze dit zelf ook kunnen. Hoe zouden we ervoor kunnen zorgen dat jouw behulpzaamheid niet ten koste gaat van de zelfredzaamheid van de leerlingen?”
Wanneer schieten we in onze valkuil?
Je valkuil is er altijd, maar komt enkel tot uiting als je uit balans bent.
- Bij stress zijn mensen geneigd om meer in hun valkuil te schieten. In eerste instantie zal de druk of spanning ertoe leiden dat we vaker te veel van het goede naar buiten zullen brengen, dus vlugger in onze valkuil schieten. Wordt de druk nog groter, dan zullen we in extreme gevallen de neiging hebben om (plotseling) in onze allergie te schieten (zie verder).
- Ook de confrontatie met onze allergie doet ons soms in onze valkuil schieten (zie verder).
Valkuilen accepteren
Het onder ogen zien van je valkuil is al een grote stap. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen gedrag. Het gedrag van een medewerker kan je confronteren met je eigen valkuil. Het is belangrijk om te weten wat je eigen valkuilen zijn. Maar het accepteren van je valkuil is nog moeilijker. Ofman benadrukt het belang van het kunnen accepteren van onze valkuil. Acceptatie is niet gelijk aan berusten (‘ik ben nu eenmaal zo’) of direct ten strijde trekken tegen (‘dit moet kost wat kost veranderen, anders ben ik niet ok’).
Acceptatie impliceert dat je ervan uit gaat dat de valkuil iets is wat op dit moment bij je hoort, iets wat er is, zonder er een oordeel over te hebben. Voorbeeld: ‘ik zal betuttelen’ en niet: ‘ik zal niet meer betuttelen’.
Sowieso houdt acceptatie het besef in dat we allen als mens incompleet en imperfect zijn. Vanuit deze positie van acceptatie kan je gaan kijken welke uitdaging je meer zou willen ontwikkelen. Focus je dus niet op wat er mis is en waar je vanaf wilt (je valkuil), maar op wat je wel wilt (je uitdaging).
OPDRACHT
- Welke valkuilen ken je van jezelf? Wat hoor je als mensen tegen je zeggen “wees niet zo…’?
- Van welke positieve eigenschap is dat teveel? Zijn er valkuilen waarvan je je niet kunt voorstellen dat er een kwaliteit achter zit?
- Hoe reageer je als je merkt dat je in je valkuil bent terecht gekomen?
- In hoeverre kan je jouw valkuilen accepteren?