Wisselmarkten = markten waar de nationale munt geruild wordt tegen buitenlandse munten. In de context van wisselmarkten noemt men die munten dikwijls buitenlandse deviezen of buitenlandse valuta.
Omdat de centrale banken van de betrokken landen hun munten (min of meer) vrij inwisselen tegen munten van andere landen, noemt men die munten convertibel.
Het uitvoeren van operaties die inspelen op prijsverschillen (kopen als de munt laag staat, verkopen als de munt hoog staat) = arbitrage.
Het gevolg van zulke verrichtingen is dat de vraag naar Jap yen toeneemt in Brussel en de wisselkoers van de yen er stijgt. In Tokio neemt het aanbod van Jap yen toe en de wisselkoers ervan daalt ---> dit proces gaat verder tot de koers van de yen op beide plaatsen nagenoeg gelijk wordt.
Thans is arbitrage, door de verfijning van de communicatiemogelijkheden, zo efficiënt dat er geen bewegingen van deviezen meer nodig zijn om verschillen in de waarde van een munt op verschillende wisselmarkten weg te werken.
Er bestaat echter een manier om zich tegen een wisselrisico te dekken --> de Belgische koper kan op de termijnmarkt voor buitenlandse deviezen een contract afsluiten om binnen 3 maand x JPY te kopen tegen een koers of prijs in euro die nu overeengekomen wordt. Omdat de koers vastligt, loopt hij geen wisselrisico.
Er kan uiteraard een verschil bestaan tussen de wisselkoers op de termijnmarkt en op de contantmarkt. Indien dat verschil positief is --> agio van de JPY tov de euro. De Belgische importeur betaalt dan een prijs om het wisselrisico te vermijden.
Het kan ook dat de yen goedkoper is op de termijnmarkt dan op de contantmarkt --> disagio
analoog met de beleggers die zich kunnen beschermen tegen prijsrisico’s door de aankoop van optiecontracten, kunnen ook importeurs en exporteurs het wisselrisico afwentelen door het aankopen van optiecontracten. Zo kan een importeur een zgn calloptie kopen. Die geeft hem het recht om gedurende een bepaalde termijn een bepaalde hoeveelheid deviezen te kopen tegen de in het contract vastgelegde koers.
- voordeel: flexibiliteit: men is niet verplicht zijn recht uit te oefenen
het is inderdaad mogelijk dat hij voor het aflopen van het contract de betrokken deviezen goedkoper kan aankopen of duurder kan verkopen.
Tegenover de flexibiliteit staat natuurlijk dat voor zulke contracten een premie moet worden betaald aan de verkoper (schrijver van de optie) die het risico op zich neemt.
Kapitaaltransacties = leningen tussen landen en beleggingen in het buitenland.
Het spreekt vanzelf dat beleggers, net zoals exporteurs en importeurs, gebruik kunnen maken van termijn- en optiemarkten.
Meestal kopen/verkopen importeurs/exporteurs/beleggers niet zelf buitenlandse deviezen op de wisselmarkt. Ze doen daarvoor beroep op de bemiddeling van banken. Ook de centrale banken treden op de wisselmarkt op. Dat heeft effecten op het geldaanbod.
- Indien een bank deviezen aankoopt bij de centrale bank, daalt de voorraad (reserve) buitenlandse deviezen van de centrale bank en je hebt ook een daling van het geldaanbod!