Menu

Meer landbouwgrond

Vroege middeleeuwen: kleine dorpsgemeenschappen economisch vrijwel autarkisch.
● Op het domein deden de horigen het werk
● De heer kreeg de pach
● Kerk kreeg tienden (10% van de oogst)
● Deel van de oogst die overbleef was voor eigen consumptie

Door landbouwontginningen veel veranderingen in de Tijd van steden en staten:
● Vrije en horige boeren maakten woeste gronden en bossen geschikt voor landbouw
● Ploegen werden getrokken door paarden in plaats van ossen
● Een nieuw soort ploeg. Maakte niet alleen de grond los, maar kon die ook omkeren.
● Intensiever gebruik van landbouwgrond door drieslagstelsel i.p.v tweeslagstelsel.

Veranderingen door landbouwontginning → geen autarkische economie meer binnen kleine dorpsgemeenschappen → meer landbouwgrond door veranderingen → meer voedsel → bevolkingsgroei

Lees meer...

De kern

11e en 12e eeuw: landbouwontginningen; het geschikt maken van grond voor de landbouw. Door de landbouwontginningen kwam er meer landbouwgrond en dus voedsel beschikbaar. Het gevolg was dat de bevolking toenam, en de mensen weer in steden gingen wonen. Mensen hoefden niet meer zelfvoorzienend (autarkisch) te leven, dus kwam er handel en nijverheid in de steden.\

Landbouwontginningen → Meer landbouwgrond → Meer voedsel → Bevolkingstoename → Mensen verhuisden naar steden → Karakter van samenleving veranderde van agrarisch naar agrarisch-urbaan.

Lees meer...

Kloosters in de samenleving

De kerk speelde een rol bij het uitbannen van de slavernij, die nog een erfenis was uit de Romeinse tijd. Hoewel sommige kloosters nog tot in de zevende eeuw slaven bezaten, streefde de Kerk ernaar om de slavernij af te schaffen.

Kloosters kregen vaak landgoederen via schenkingen van rijke gelovigen. Deze hoopten door een deel van hun rijkdom aan de Kerk te geven, voor een plekje in de hemel in aamerking te komen. Sommige van deze kloosters ontwikkelden zich tot grootgrondbezitters en gingen deel uitmaken van het feodale stelsel.

Kloosters hadden ook een sociale functie: mensen konden er terecht met hun problemen. Slavernij erfenis uit de Romeinse tijd → Kloosters en Kerk grote rol bij uitbannen slavernij // Kloosters kregen landgoederen via schenkingen van rjike gelovigen → Deze hoopten een 'plekje in de hemel te kopen' → Daardoor kloosters grootgrondbezitters → Deel uitmaken van feodale stelsel

Lees meer...

Willibrord en Bonifatius

In 690 kwam de missionaris Willibrord vanuit Ierland naar het vasteland om de bevolking te kerstenen. Van de Frankische koning Pepijn II kreeg hij voor zijn kersteningswerk het gebied van de Friezen toegewezen. De Friezen vonden het lastig omdat de Friezen hun onderwerping aan de franken maar moeilijk konden accepteren.

‘Laat die doop maar zitten, ik zit liever in de hel met mijn voorouders dan in mijn eentje in de hemel’ - Radboud tegen Wilibrord toen Wilibrord hem vertelde dat alleen Christenen in de hemel komen. (Radbouw was de Friese koning).

Willibrord deed zijn bekeringswerk vanuit Utrecht. Deze plaats werd het centrum van een machtig bidsom. Vanaf 716 kreeg Willibrord steun van zijn collega Bonifatius. Het werk van de missionarissen was niet zonder gevaar. Vaak probeerden ze de heidenen te bekeren door de zwakte van hun goden aan te tonen. Dat deze de door bijvoorbeeld een heilige eik om te hakken. Een gevaarliijke praktijk, want meestal stond de doodstraf op het beschadigen van een heilige boom.

690 → missionaris Willibrord komt vanuit Ierland naar het vaste land om mensen te kerstenen → Pepijn II wijst Frieze gebied aan om te kerstenen → Lastig gebied → Willibrord deed zijn werk vanuit Utrecht, kreeg steun van zijn collega Bonifatius → Kerstening wel succes → Grote delen van het Frankische rijk werden christelijk

Lees meer...

Kloosters en Monniken

Al vanaf het ontstaan van het christendom waren er gelovigen die behoefte hadden om zich uit de wereld terug te trekken en hun leven in dienst te stellen van hun geloof. Vaak deden mensen dit als groep: ze stichtten een klooster en gingen daar samenwonen volgens bepaalde leefregels. Belangrijk waren onder andere:

● Celibaat
● Gehoorzaamheid
● Hard werken
● Armoede

Overal werden kloosters gesticht, die voor de bevolking vaak een toevluchtsoord in moeilijke tijden waren. Paus Gregorius I de Grote heeft veel gedaan om de verspreiding van het christendom via kloosters te verspreiden. Onder zijn leiding vertrokken missionarissen, en monniken die rondtrokken om mensen te kerstenen.

Lees meer...

Religie is politiek

Er wordt verteld dat Clovis zicht liet dopen na een overwinning. De politieke uitleg van deze grootschalige kerstening is dat Clovis de voordelen van een bondgenootschap met de Kerk inzag. Door het aannemen van het chirstendom zou de culturele kloof tussen de Frankische adel en de christelijke Gallo-Romeinse elite worden verkleind.

Clovis → dopen bij overwinning → bondgenootschap met de Kerk → culture kloof tussen Frankische adel en Gallo-Romeinse elite verkleinen

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen