Menu

Positieve disciplinering

= positieve samenwerking van de ouders – kinderen (bv. “goed gedaan!”)

Omvat ook verminderen van mogelijkheden voor ‘stout’ gedrag. Een hechte band tussen ouders en kinderen leidt ertoe dat kinderen gehoorzamen naar de ouderlijke eisen omdat ze het gevoel hebben dat ze een verplichting (verbintenis) hebben in de relatie.

Lees meer...

Alternatieven voor zwaar straffen

  • Time out

= kinderen tijdelijk verwijderen uit omgeving (bv. naar de kamer sturen) tot ze bereid zijn zich gepast te
gedragen (is milde vorm van straf)

  • Intrekken van privileges
    bv. kind mag niet meer naar tv kijken -> laat toe hardere bestraffing te vermijden

Efficiëntie van de straf kan men verhogen door:

- Consistentie over situaties heen

- Warme ouder –kind relatie waardoor kinderen de goedkeuring van hun ouders willen terugwinnen

- Toelichtingen (uitleg) geven over wat ze fout hebben gedaan, dit heeft een band met de verwachtingen.

Lees meer...

De effecten van straffen

Lichaamsstraf en vaak straffen hebben ongewenste neveneffecten :

- De straf kan een model zijn voor agressie

- Het kan de aandacht op hun eigen negatieve beleving vestigen (= persoonlijke bedreiging)

- Ze leren om te straffende ouder te ontwijken / vermijden

- Wanneer dit tot gunstige effecten leidt voor de ouders, kan dit resulteren tot misbruik

- Het kan als “normaal” aanschouwd worden en zo doorgegeven worden aan de volgende generatie

Er zijn verschillende technieken om te straffen:

- Scherp terecht wijzen

- Fysieke kracht  gevaar

- Warmte, redeneren  voor lange-termijn doelen

- Kracht + redeneren  voor ernstige overtredingen

è Vaak straffen heeft geen blijvende verandering voor het gedrag

è Hoe meer men straft, hoe meer er nadelige gevolgen zijn

Toch straft men vaak:

-> herhaald straffen komt vaker voor bij jongere kinderen (peuters en
kleuters), maar het is toch onrustwekkend hoog bij alle leeftijden

-> vaak wordt er een hard voorwerp gebruikt

-> Amerikanen hebben het idee dat lichaamsstraf geen nadelige
gevolgen of zelf voordelen heeft als ouders van het kind houden.
 Deze stelling gaat enkel op indien zelden toegepast en in
bepaalde sociale contexten (bv. Afro-Amerikanen)

Positieve strategieën hebben meer effect!

Lees meer...

Het belang van ‘modeling’ (=model-leren)

Operante conditionering ( of versterking wat betekent dat op positief gedrag positieve reacties volgen) is niet voldoende om er voor te zorgen dat kinderen moreel gedrag leren. Prosociaal gedrag (bv. helpen, delen) moet eerst en vooral spontaan voor komen, wat niet zo vaak gebeurt.

Deze theorie gelooft dat kinderen zich moreel te gedragen door model – leren = observeren en imiteren van mensen die gepast gedrag vertonen.
Kenmerken van goede modellen voor moreel gedrag:

- Warmte en responsiviteit

- Competentie en macht

- Overeenkomst (consistentie) tussen woorden en gedrag

Lees meer...

Rol van schuld

Voor Freud: Freud had gelijk dat schuld een belangrijke motivator is van moreel gedrag. Hij induceert van op empathie gebaseerde schuld, (bv. uitdrukkingen van persoonlijke verantwoordelijkheid en spijt, zoals “het spijt me dat ik hem heb pijn gedaan) d.w.z. het kind uitleggen dat hij iemand heeft pijn gedaan en dat de ouder nu teleurgesteld is in hem.

Tegen Freud: schuld is niet de enige factor. Ook is de morele ontwikkeling niet compleet tegen het einde van de kleutertijd. Het is een gradueel proces, dat zich verder uitbreidt in de volwassenheid.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen