Menu

Minpunten:

= Kinderen bouwen actief kennis op door omgaan met en verkennen van de wereld
Piaget geloofde dus niet dat het leren van kinderen afhangt van versterkers, zoals beloningen van volwassenen.

ð Centraal in deze theorie: Biologisch concept van adaptatie: zoals de structuur van het lichaam zich heeft aangepast aan de omgeving, zo hebben de structuren van hersenen zich aangepast om de externe wereld te begrijpen en een evenwicht (‘equilibrium’) te bereiken tussen structuren en informatie.

ð De verschillende stadia van Piaget:

Lees meer...

Sociaal leren/ observerend leren – Bandura

= imitatie-leren / model-leren / observatie-leren.

Deze theorie van Bandura legt sterke nadruk op cognitie of denken. Hij noemt deze theorie zelf de sociale cognitieve theorie.

Naarmate kinderen ouder worden, worden ze selectiever in wie ze imiteren. Door te zien hoe anderen zichzelf prijzen en verwijten maken, ontwikkelen kinderen persoonlijke normen (standards) voor gedrag en een gevoel van zelfeffectiviteit (self-efficacy), d.i. het geloof dat zijn eigen mogelijkheden en karakteristieken hem zullen helpen om te slagen(soort vertrouwen).
Bv. Een ouder zegt vaak “Ik ben blij dat ik ben blijven werken aan die taak, ook al was het hard” en leert het kind zo de waarde van doorzetting. Later versterkt hij/ zij dit nog door te zeggen “Ik weet dat je het goed zal doen met je huiswerk!”. Al snel zal het kind zichzelf zien als hardwerkend en ‘high-achieving’ en gaat hij/zij mensen met deze kenmerken selecteren als model.

Lees meer...

Behaviorisme

= direct observeerbare gebeurtenissen – stimuli en responsen – zijn de beste focus van een studie.

ð Klassieke conditionering (Pavlov):

Pavlov ontdekte dat honden kwijlen wanneer ze eten krijgen. Hij zag ook dat de honden die hij observeerde kwijlden vooraleer ze eten voor hun neus hadden. Dit kwam doordat ze de trainer direct associeerden met eten. De honden moeten dus geleerd hebben om een neutrale stimulus (de trainer) te associëren met een andere stimulus (eten) dat een reflexieve respons tot gevolg heeft (kwijlen). Hij testte dit d.m.v. een bel. Die bel werd later inderdaad geassocieerd met eten en de honden kwijlden wanneer ze de bel hoorden.
Watson wou onderzoeken of deze klassieke conditionering toepasselijk was op het gedrag van kinderen. Hij concludeerde dat – net als de tabula rasa van Locke – de omgeving de belangrijkste determinant is voor de ontwikkeling. Volwassenen kunnen het gedrag van kinderen kneden door zorgvuldig stimulus-respons associaties te controleren. En de ontwikkeling is een continue proces, dat bestaat uit geleidelijke groei van het aantal en de kracht van deze associaties.

  • Operante conditionering:

Volgens Skinner kan de frequentie van gedrag verhoogd worden door het inlassen van versterkers na het gedrag. Deze versterkers kunnen eten, lof of een vriendelijke lach zijn. Het kan ook verlaagd worden door het invoeren van straffen, zoals afkeuring.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen